VERKLARING VAN GEVOELEN, 1943
[Geneem uit C. Veenhof, Om de 'Unica Catholica', Goes: Oosterbaan, 1949. Hierdie verklaring is opgestel deur predikante in verwerping van die leeruitspraak van Sinode 1942 (Utrecht) aangaande wedergeboorte en selfondersoek]
Wij gelooven op grond van de Heilige Schrift en belijden in overeenstemming met de formulieren en eenigheid en de liturgische geschriften:
le. dat alle kinderen in zonden ontvangen en geboren zijn en daarom aan allerhande ellendigheid, ja, aan de verdoemenis zelve onderworpen zijn. (Doopsformulier).
2e. dat God in Christus zijn genadeverbond heeft opgericht met de geloovigen en hun zaad. (Gen. 17: 7; Gal.3 : 14, 29).
3e. dat daarom alle kinderen der geloovigen verbonds kinderen zijn. (Hand. 3: 25).
4e. dat al die kinderen heilig (1 Cor. 7: 14) of in Christus geheiligd zijn (1 Cor. 1: 2, Doopsformuller).
5e. dat derhalve aan al die kinderen de heilsbelofte van dat verbond toekomt (Hand. 2: 39).
6e. dat dus voor al die kinderen de doopsbedienlng is beteekening en verzegeling aan hen van het verbond der genade of die heilsbelofte (Gen. 17: 11, 13‑14, Doopsformulier).
7e. dat derhalve al die kinderen met grooten ernst geroepen worden, die heilsbelofte met een waar geloof aan te nemen (Hebr. 4: 1).
8e. dat zoovelen van die kinderen deze belofte met een geloovig hart aannemen, zij dat doen krachtens de wederbarende genadewerking des Heiligen Geestes, naar Gods eeuwige verkiezing (Jer. 24 : 7; Ezech. 11 : 19; 36 : 26. 27).
9e. dat de kinderen, die deze belofte niet van harte aannemen, deswege als bondsbrekers een zwaarder oordeel treffen zal (Lev. 26: 15 vgl. 44; Deut. 31: 20; Rom.11 : 28‑30; Hebr. 12: 25 vgl. 10: 28‑31).
10e. dat steeds gedacht moet worden aan de vermaning om toe te zien, dat niet bij iemand dergenen die der hemelsche roeping deelachtig zijn, zij een boos en ongeloovig hart om af te wijken van den levenden God (Hebr. 3 : 1,12).
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment